Terwijl ik in het antrum philosophicum
van mijn ambtenarenbaan, en dat wetend,
op oppervlakkigheden inzoom-uitzoom,
eenzaam-verlicht aan mijn beeldscherm geketend,
van verre steden droom, mijn ticket out of here,
de talen die ik spreek, of hoe men elders leeft,
de waanzin in mij, van een eigen King Lear,
die niks te vergeven, nee, zelfs geen dochters heeft,
weet ik wel waarom ik al die steden noem,
met mijn handen hun namen streel op de kaart:
‘Sie bieten das poetische Refugium
einer fugenlos vernetzten Allgegenwart.’
Helaas vallen verte en beeldscherm samen.
Bij ‘bestand opslaan’ klik ik braaf op okay.
Het zijn is een monade zonder ramen,
de poëzie een noorderzon zonder idee.
Paul Bezembinder
Uit: Gedichten
– Brabant Cultureel, 65-6, 2016
De zin ‘Sie bieten das…’ komt uit het artikel Die stille Revolte, Christian Schüle, Die Zeit, 21 juli 2005.